Huilen en schreeuwen
Kinderen kunnen gaan huilen en schreeuwen als ze hun zin niet krijgen. Pas als je toegeeft, doen ze weer normaal. Op die manier leren kinderen dat ze door te huilen en te schreeuwen hun zin krijgen. Ze zullen het dan dus juist vaker doen.
Je kunt dit gedrag negeren. Of je kunt je kind goed aankijken en op strenge toon zeggen dat het nu moet ophouden en rustig moet worden. Wat je het best kunt doen hangt af van de leeftijd van je kind en van de situatie. Geef kinderen die dreinen in ieder geval niet hun zin. Als je kind weer luistert en zich goed gedraagt, geef je het een compliment. Zeg erbij wat je kind goed doet.
Kwetsende opmerkingen
Behalve huilen een schreeuwen kan je kind ook kwetsende dingen zeggen, bijvoorbeeld dat het jou niet lief vindt als het iets niet krijgt, of dat het jou stom vindt. Je kind begrijpt misschien niet precies wat het zegt, maar heeft wel in de gaten dat het jou hiermee op een gevoelig punt raakt.
Eventueel kun je een passende straf bedenken voor dit gedrag, maar vaak is het beter om zulke opmerkingen te negeren. Je kunt je schouders ophalen en zeggen dat jij hem of haar wel lief vindt. Waar je ook voor kiest, wees daarin consequent en geef kinderen die door blijven schelden niet alsnog hun zin. Leg op een ander moment uit dat schelden jou verdrietig maakt. Vraag ook hoe je kind het zelf zou vinden om uitgescholden te worden. Zo leren kinderen zich in te leven in gevoelens van anderen.
Weglopen
Een andere manier om jou uit te dagen, is weglopen of bij je vandaan rennen. Soms doen kinderen dit om negatieve aandacht te krijgen. Je kunt daarom beter niet achter je kind aan rennen. Uiteindelijk moet het toch een keer uit zichzelf terugkomen en dan kun je het een standje geven.
Sommige jonge kinderen lopen boos weg als je samen buiten bent. Dat kan gevaarlijk zijn, vooral bij kleuters. Op een weg met druk verkeer is dat zelfs heel gevaarlijk. Zorg dan wel dat je het kind meteen terughaalt en een duidelijk standje geeft. Leg ook uit hoe gevaarlijk het kan zijn.
Zwijgen
Kinderen kunnen langere tijd zwijgen om hun zin te krijgen of om aandacht te krijgen. Als je kind niet meer tegen je praat, is dat natuurlijk vervelend. Wat je kunt doen is tegen je kind blijven praten alsof er niets aan de hand is. Als je kind met gebaren of rare geluiden iets van jou gedaan wil krijgen, negeer dat dan. Vroeg of laat zal je kind dan toch gewoon moeten zeggen wat er aan de hand is of wat het wil.
Onderhandelen
Sommige kinderen kunnen goed onderhandelen. Ze weten precies wat ze willen en kunnen dat ook heel overtuigend brengen. Dat maakt het moeilijk om goed te reageren. Als je niet meteen weet of je kind iets wel of niet mag, neem daar dan even de tijd voor. Je kunt aangeven dat je er even over wilt nadenken. Controleer of alles wat je kind zegt klopt en redelijk is. Neem een beslissing en laat je dan niet te veel meeslepen in argumenten en discussies.
Hangerig en vervelend
Sommige kinderen gaan overdreven zielig doen en worden hangerig of vervelend. Dat kan gebeuren als je kind moe is en geen zin meer heeft, bijvoorbeeld tijdens het winkelen. Het is belangrijk voor kinderen om te weten waar ze aan toe zijn. Zeg bijvoorbeeld dat je nog naar één winkel gaat en daarna naar huis. Op die manier geef je je kind duidelijkheid.